Dr. Bram Brouwer

Onafhankelijk waarheidszoeker en om- en tegendenker

     De door wielrenner Scarponi beroemd geworden papegaai Franky is bij een ongeval gewond geraakt. |      Na een periode van ziekte heb ik de draad op mijn website weer opgepakt. |      Door mijn ziekte is heeft ook de verhuizing van de Doping Academy stil gelegen. |      Om de waarheid te vinden, moeten we blijven twijfelen. |
[172]

Home | Terug

Schedelmeting

Eind achtiende, begin negentiende eeuw probeerden we met schedelmeting (craniometrie) iets te zeggen over het karakter en de aanleg van mensen (frenologie). Verondersteld werd dat aan de vorm van de schedel was te zien of iemands crimineel was, dan wel een talen- of juist een rekenknobbel had. Die ‘wetenschappelijke’ theorieën zouden ook aantonen dat sommige bevolkingsgroepen of mensenrassen superieur waren aan anderen. Dat paste uitstekend bij de toenmalig dominante rassentheorieën.

Hoewel de termen taal- en rekenknobbel nog steeds bij ons dagelijkse spraakgebruik horen, zijn de achterliggende theorieën achterhaald. tegenwoordig zijn het abstracte begrippen die aangeven of iemand goed is in taal of rekenen.

De tekst loop door na de afbeelding.

Homoherkenning2

Figuur 1. De gemiddelde gezichtskenmerken van hetero mannen en vrouwen vergeleken met die van homo's en lesbo's.

Seksuele voorkeur volgens ‘gaydar’

De geschiedenis lijkt zich te herhalen. Een wetenschappelijke preprint publicatie beschrijft het computerprogramma ‘gaydar’. Dat zou aan de hand een portretfoto de seksuele voorkeur van de geportretteerde kunnen bepalen: hetero, homo of lesbo.

De software meet een aantal gezichtskenmerken van de geportretteerde en vergelijkt die (foto 1) met een database, waarin, evenredig verdeeld (Tabel 1), de gezichtskenmerken van 35.326 hetero- en homoseksuele mannen en vrouwen zijn opgenomen. Dat lijkt sterk op een moderne versie van craniometrie en frenologie.

   Hetero's Homo's*  
Mannen   26,5%  26,6% 53,0% 
 Vrouwen  23,5%  23,5% 47,0%
   50,0%  50,0%  100,0%

Tabel 1. Verdeling mannen vs. vrouwen en hetero’s vs. homo’s/lesbo's in de vergelijkingsdatabase van het computerprogramma ‘gaydar’. *Inclusief lesbo's.

Volgens de publicatie voorspelt het programma de seksuele voorkeur van mannen met 81 procent nauwkeurigheid. Bieden we het programma vijf verschillende foto’s van de geportretteerde aan, dan stijgt dat tot zelfs 91 procent. Bij vrouwen ligt dat lager. Met één foto is de betrouwbaarheid dan 71 procent en met vijf foto’s 83 procent.

De tekst loop door na de afbeelding.

Homoherkenning1

Figuur 2. Grafische illustratie van gebruikte gezichtskenmerken. De rode punten geven de contouren van het gezicht aan.

Vooral de contouren van het hoofd (Foto 2, rode punten) leveren volgens de auteurs een belangrijke bijdrage aan de voorspelling (75% bij mannen en 63% bij vrouwen). Maar ook make-up bleek een belangrijke graadmeter. Lesbo’s gebruiken minder make-up dan heterovrouwen.

Gaydar

Het begrip gaydar is een samenvoeging van de woorden gay (Engels voor homo) en radar en wordt gebruikt om de sociale vaardigheid aan te duiden om homo’s, lesbo’s en biseksuelen te herkennen zonder iets over hun seksuele geaardheid te weten.

Problemen in de studie

Selectie bias
Ten eerste komen alle foto’s voor de database van datingssites waarop iedereen zich expliciet als hetero, homo of lesbo presenteert. Dat sluit mensen uit die zich niet op dergelijke sites presenteren, bijvoorbeeld omdat ze een stabiele relatie hebben of daar gewoon geen zin aan hebben. Het is denkbaar dat deze groep andere kenmerken heeft dan de groep die op de datingssites staan.

De leeftijden van de in de database opgenomen is smal: mannen (30-36 jr.) en vrouwen (25-34 jr.). Mogelijk verschillen de gezichtskenmerken binnen deze leeftijdsgrenzen zich van mensen die buiten deze grenzen vallen. 

Er is in beide gevallen sprake van selectie bias (selectiefout). De resultaten uit de studie zijn dan alleen geldig voor mannen tussen de 30 en 36 jaar en vrouwen tussen de 25 en 34 jaar, voor zover die zich expliciet presenteren op datingsites. Voor de dagelijkse praktijk zijn ze onbruikbaar.

Base rate fallacy
Ten tweede is er sprake van een desastreuze base rate fallacy (basisverhoudingfout). Dat wil zeggen dat de studie geen rekening houdt met de (relatieve) omvang van populaties. Hier dat slechts zes à zeven procent van de Nederlanders een homofiele, lesbische of biseksuele genderidentiteit heeft.

Een rekenvoorbeeld met als uitgangspunten dat 6% van de Nederlandse mannen homo is en dat ‘gaydar’ heteromannen met 80% nauwkeurigheid van homomannen onderscheidt. We laten het programma 100 willekeurige geselecteerde portretfoto’s van Nederlandse mannen beoordelen. De berekeningen worden afgerond op hele waarden.

Met 6% homomannen zijn 94 van de 100 mannen in de testgroep hetero en 6 homo en 80% betrouwbaarheid betekent dat het in 20% van de vergelijkingen fout gaat. Er worden dan 19 hetero’s onterecht als homo beoordeeld, terwijl slechts 1 homo onterecht als hetero wordt gezien.

Het aantal fout herkende homomannen (19) is dan ruim drie zo groot dan het werkelijke aantal homomannen (6) in de testgroep. Zelfs als we ‘gaydar’ vijf foto’s per geportretteerde aanbieden is het aantal fout herkende homomannen nog steeds anderhalf keer groter dan het werkelijke aantal homo populatie in de testgroep. Deze bevindingen maken het programma volstrekt waardeloos.

Conclusie

De ‘Gaydar’ software is volstrekt ongeschikt om heterofiele mannen en vrouwen te onderscheiden van homofielen en lesbiennes.

Bedenkingen

Maar waarom zouden we ‘gaydar’ willen gebruiken? Welk probleem lost het op? We kunnen het immers gewoon vragen en als iemand zijn seksuele voorkeur niet bekend wil maken is dat zijn of haar goede recht. Het programma is dan een inbreuk op onze privacy en nog wel op de meest intieme aspecten van onze persoonlijke identiteit.

Wel kan ik voldoende situaties bedenken waarin deze software tot grote problemen kan leiden, zeker als de software als app op smartphones beschikbaar komt en dat geldt tegenwoordig voor veel computerprogramma’s. Enkele voorbeelden:

Denk ten eerste aan adolescenten die hun eigen identiteit proberen te ontdekken en daarbij speelt hun seksuele geaardheid een belangrijke rol. Als zij plotseling worden geconfronteerd met een app die hen, terecht of onterecht, als homo of lesbienne kwalificeert, kan dat hun persoonlijke ontwikkeling ernstig verstoren.

Denk ten tweede aan pestgedrag dat vrijwel zeker ontstaat als jongeren elkaar met zo’n app gaan beoordelen en waarbij het opnieuw niet van belang is of die beoordeling juist is of niet. Homo is nu al een veel gebruikt scheldwoord bij pesten en de pesters dat dan ook nog eens met een app ‘onderbouwen’. Volgens mij hebben jongeren het recht om zelf te bepalen of en wanneer ze ‘uit de kast komen. Als het dat nog niet zo is, zou het een mensenrecht moeten worden.

Ten derde kunt u denken aan heteroseksuele echtparen die elkaar, al dan niet stiekem, met de app beoordelen en dan onterecht ‘ontdekken’ dat hun partner homofiel is. Dat zou weleens een zware claim op de relatie kunnen leggen. En als de echtgenoten elkaar beoordelen komt de kans dat een van beiden fout beoordeeld wordt in de buurt van de 50%. Je kunt dan net zo goed een munt opgooien.

Denk ten vierde aan landen, culturen en/of religies die homoseksualiteit niet accepteren. Met ‘gaydar’ krijgen ze ‘objectief’ gereedschap in handen dat beoordeeld of iemand wel of niet aan de wettelijke, culturele of religieuze eisen voor homo’s of lesbiennes voldoet. Betrouwbaarheid zal in dergelijke situaties niet of nauwelijks worden meegewogen. Ik durf er niet aan te denken waar dat toe kan leiden.
En tot slot kan de software eenvoudig worden aangepast om mensen op andere kenmerken te onderscheiden. We hoeven slechts andere foto’s in de database te stoppen. Dat vind ik griezelig, zeker in een tijd waarin identitaire nationalistische bewegingen weer opleven.

Afsluiting

Zelfs als ‘gaydar’ hetero’s en homo’s betrouwbaar zou kunnen onderscheiden, dan nog moeten we de software niet willen. Wat mij betreft zou een wereldwijd verbod voor dit soort software er snel moeten komen. En is het toevallig dat dit soort software gepresenteerd wordt op het moment dat de rassentheorieën, met termen als ‘homeopathische verdunning’ ook weer de kop op steken?

***

De afbeeldingen zijn afkomstig uit de publicatie.
Bron: Kosinski, M., & Wang, Y. (2017). Deep neural networks are more accurate than humans at detecting sexual orientation from facial images. (preprint version). Journal of Personality and Social Psychology.

***

Copyright © 2006-2022 - Dr. Bram Brouwer - All Rights Reserved