[182] |
|
Op de website van de kiesraad lezen we dat het opkomstpercentage bij het Oekraïne referendum 32,28% van de kiesgerechtigde Nederlanders was, van wie 61% tegen en 38,28% voor het associatieverdrag met de Oekraïne stemden. 0,79% van de stemmen was blanco en 0,7% ongeldig.
Deze uitslag zorgde in Nederland voor een enorme polemiek over de vraag of wij het Oekraïne-verdrag wel dan niet moeten ratificeren. Door het consensusmodel dat Europa bij degelijke akkoorden hanteert, betekent niet ratificeren door Nederland het verwerpen van het akkoord door Europa als geheel. Onze MP Mark Rutte kreeg van de Tweede Kamer tot 1 november de tijd een oplossing voor de impasse te vinden. Zo niet, dan moest het raadgevende referendum gevolgd worden en zou Nederland niet ratificeren. Dat noemde men directe democratie. Daar is volgens mij nogal wat op af te dingen.
Uitgangspunt in mijn betoog is dat het associatieverdrag met de Oekraïne al door de tweede kamer was goedgekeurd, naar ik aanneem op basis een weloverwogen beslissing gebaseerd op gedegen informatie. Daar huren we de Tweede Kamerleden voor in. Initiatieven voor het Oekraïne referendum kwamen pas later.
De voorgaande sequentie is belangrijk, omdat die de interpretatie van de vraagstelling in het referendum beïnvloed. Bij een referendum voorafgaand aan de kamer beslissing gaat het daadwerkelijk over de gestelde vraag: wil u als kiezer dat verdrag ja of nee. Bij een referendum achteraf gaat de vraag over het functioneren van de Kamer betreffende het Oekraïne-verdrag. Heeft de kamer haar werk goed gedaan? Met andere woorden, het perspectief van een referendum na een kamerbesluit verschilt met dan van een referendum voorafgaande aan dat besluit.
Blijkbaar vond circa 68% van de kiesgerechtigde Nederlanders het onnodig het werk van de kamer te corrigeren op basis van de gebrekkige informatie die ons ter beschikking stond (de verdragstekst bestaat uit duizenden pagina’s).
Een tweede plausibele reden om niet te gaan stemmen was dat de initiators van het referendum lieten weten dat het hun feitelijk helemaal niet omdat verdrag ging. Ze hadden allerhande dubbele agenda’s, zoals als Nederland uit de EU. Daarnaast was het aantal voor een raadgevend referendum benodigde handtekeningen met het handig bespelen van de sociale media bijeen vergaard. Slim, maar niet echt representatief voor de wens voor het referendum. Zo’n poppenkast gun je toch geen geldig referendum en daarvoor moest je niet gaan stemmen.
Vervolgens zien we dat 61% van de 32% opgekomen kiesgerechtigden nee tegen het verdrag stemden, ofwel 19,5% van alle Nederlandse kiesgerechtigden en, zoals we al zagen, veel van die nee stemmers hadden een dubbele agenda. Het ging hun niet om het Oekraïne-verdrag. Stel dat dit gold voor 50% van de nee-stemmers, dan was minder dan 10% van de kiesgerechtigde Nederlanders tegen het verdrag met Oekraïne. Daarvan bleek vervolgens een groot deel tegen gestemd te hebben op basis van door neekamp ingebrachte onjuiste populistische argumenten.
Als het kabinet en de Staten-Generaal (Eerste en Tweede Kamer) hun eerdere weloverwogen besluit over het Oekraïne-verdrag op basis van de resultaten van dit raadgevende referendum terugdraaien en het verdrag niet ratificeren, lijken zij er ook dubbele, mogelijke electorale, agenda’s op nahouden. Deze referendumpoppenkast heeft de Nederlandse schatkist tientallen miljoenen gekost. Voor dat geld was toch wel een betere bestemming geweest dan bijvoorbeeld toiletpapier met referendumteksten en de connotatie dat we onze kont afvegen met dat verdrag.
Het Oekraïne referendum was een schoolvoorbeeld van hoe democratie zichzelf democratisch om zeep kan helpen op kosten van de belastingbetaler. Referenda zijn te ongenuanceerd en te beïnvloedbaar door populisten om onze democratie, met al zijn beperkingen, aan te riskeren. Dat geldt helemaal voor corrigeerde referenda. Verwijzingen naar Zwitserland zijn ongeldig. Het is een misvatting dat we de eeuwenoude referenda-cultuur in dat Alpenland zomaar naar Nederland kunnen exporteren. Helaas zagen we in 2016 meerdere voorbeelden van de desastreuze werking van referenda.
Deze column is overigens niet bedoeld als voor of tegen het Oekraïne-verdrag. Daarover weet ik veel te weinig over om een doordacht oordeel over te geven. De column is bedoeld om de onwenselijke effecten van referenda aan te tonen en dat geld niet alleen voor het Oekraïne-referendum.
***
Copyright © 2006-2022 - Dr. Bram Brouwer - All Rights Reserved